Partij voor de Dieren maakt politiek statement met uitge­sproken outfit


22 september 2020

Een terugkeer naar business as usual na de Covid-19 crisis, is onacceptabel. Dat is de boodschap die de Nederlandse Partij voor de Dieren uitdraagt. Niet alleen mondeling, tijdens debatten en bijdragen in het parlement, maar ook letterlijk: met de kleding die vertegenwoordigers van de partij dragen wanneer de televisiecamera’s op hen zijn gericht. Zoals afgelopen week tijdens het belangrijkste Nederlandse politieke moment van het jaar: de ceremonie waarbij de regering haar plannen voor het komende jaar openbaar maakt en de Koning een toespraak houdt die op nationale televisie wordt uitgezonden.

Partijleider Esther Ouwehand in het zakelijke centrum van Amsterdam. Op de rug van haar pak (zie foto bovenaan) staat de tekst ‘Keerpunt, maar niet terug’. Het kostuum is gemaakt door Mediha Kaplan van Kaplan bespoke tailors for women uit Den Haag, Nederland. Foto gemaakt door Thomas Slijper.

Partijleider Esther Ouwehand maakte deze week een duidelijk statement met een krijtstreep maatpak van duurzame bamboestof, met daarop een waarschuwing tegen een terugkeer naar het “oude abnormaal” van vóór de coronacrisis. “De crisis van dit moment is een keerpunt, maar zeker geen aanleiding om terug te keren naar business as usual. Toch richten regeringen wereldwijd zich vooral op symptoombestrijding en op het steunen van fossiele bedrijven in de luchtvaart en industrie. Dat beleid is gericht op snelle terugkeer naar economische groei. Terwijl groei niet de oplossing is, maar juist het probleem. De enige economie die houdbaar is in de toekomst, is een economie die binnen de draagkracht van de aarde blijft”, aldus Esther Ouwehand.

Ook Partij voor de Dieren senatoren Niko Koffeman en Christine Teunissen uitten met behulp van hun kleding kritiek op het huidige beleid: Koffeman protesteerde met zijn mondkapje met een afbeelding van een wild zwijn tegen de jacht, en Teunissen stelde met een outfit vol spiegeltjes dat het tijd is voor reflectie.

Expressieve politiek
Kleding als politiek instrument? Het is een van de manieren waarop de Partij voor de Dieren zich onderscheidt en activisme de politieke arena in brengt. Voormalig partijleider en medeoprichter Marianne Thieme begon hiermee, toen zij met een vossenkraag van textiel in de plenaire zaal van de Nederlandse Tweede Kamer verscheen om te protesteren tegen het echte vossenbont dat een van de ministers droeg. In de jaren daarna volgde een reeks ‘politieke’ jurken en andere outfits waarmee zij en andere vertegenwoordigers aandacht vroegen voor klimaat, dierenwelzijn, plantaardige voeding, vrouwengelijkheid, de walvisjacht en verwoestende gevolgen van handelsverdragen als TTIP, Mercosur en CETA.

Het past binnen de ‘expressieve politiek’ die de Partij voor de Dieren bedrijft. “Andere politieke partijen wakker schudden, aanjagen, mensen mobiliseren en invloed hebben, dat is wat wij willen”, aldus Marianne Thieme. Daartoe zet de partij bestaande politieke instrumenten net even anders in dan de meeste andere partijen dat doen en zoekt zij de grenzen op van wat er binnen het parlement is toegestaan. Het indienen van uitzonderlijk veel amendementen en politieke vragen, het tonen van foto’s tijdens een parlementair debat, het afspelen van dierengeluiden tijdens de jaarlijkse door de vee-industrie gesponsorde barbecue voor het Nederlandse parlementsgebouw en actievoeren op straat en in het Europees Parlement; het leidde steeds tot discussie en genereerde (internationale) aandacht.

Marianne Thieme en Esther Ouwehand (links) tijdens de ceremoniële opening van het parlementaire jaar in 2012.

Keerpunt, maar niet terug naar het oude abnormaal
Ook dit keer was de boodschap van Esther Ouwehands kleding duidelijk: “Terugkeren naar het ‘oude normaal’ is het allerdomste wat we kunnen doen. We zijn volledig afhankelijk van natuurlijke hulpbronnen, maar gebruiken daar als mensheid veel meer van op dan de aarde zonder schade kan reproduceren. Daardoor hebben we wereldwijd te maken met een klimaatcrisis, een biodiversiteitscrisis en nu ook een gezondheidscrisis. Die hangen stuk voor stuk samen met de manier waarop de mens met de natuur en met de dieren omgaat. En juist de meest kwetsbare mensen van deze wereld zullen de meeste en hardste klappen opvangen van ons onverantwoordelijke gedrag. We moeten stoppen met wegkijken.”

Ouwehand roept dan ook op “alles op alles te zetten om het belangrijkste dat we hebben te beschermen: onze eigen gezondheid, onze eigen leefomgeving.” Door het gebruik van landbouwgif aan banden te leggen, luchtvervuiling en natuurafbraak tegen te gaan, in te zetten op krimp van de luchtvaart en intensieve landbouw en een einde te maken aan de machtige lobby van de ongezonde voedselindustrie. “We moeten keuzes maken die nodig zijn voor het leefbaar houden van de Aarde, voor een gezonde toekomst van de economie, waarin de gezondheid van mensen en van de natuur voorop staat.”

“De oplossingen zijn er”, aldus Esther Ouwehand. “De Nederlandse regering én de Europese Commissie moeten alleen doen wat ze in hun natuur- en milieudoelstellingen zeggen, en geen economische activiteiten subsidiëren die daar lijnrecht tegenin gaan.”