Worldlog Week 18 – 2009


1 mei 2009

Afgelopen week reageerde Nederland geschokt op de aanslag op de Nederlandse Koninklijke familie tijdens de viering van Koninginnedag. Een werkloos geraakte beveiliger die zijn huur niet meer kon opbrengen, reed met zijn auto door een afzetting heen en probeerde de bus te raken waarmee de Koninklijke familie werd rondgereden. Daarin slaagde hij niet, maar hij raakte wel 27 toeschouwers, van wie er inmiddels 6 zijn overleden.

Een afschuwelijk drama, dat heftige reacties oproept. Direct na zo’n gebeurtenis zie je ook hoeveel spanning er in onze huidige samenleving is opgekropt en hoezeer die zich een uitweg kan zoeken bij gebeurtenissen als deze.

De eerste vraag die mensen zichzelf stellen is ‘wat was de huidskleur van de dader’?

Was het mogelijkerwijs een moslim, zouden er terroristische motieven schuil kunnen gaan achter zijn daad? En toen de dader blank bleek, waren er direct speculaties op webfora over het feit dat de dader misschien wel een dierenactivist zou kunnen zijn. De koningin draagt immers bont, keurt de jachtpartijen in de Koninklijke bossen goed en werd geroyeerd als beschermvrouwe van de Nederlandse dierenbescherming.

Bij grote, traumatische gebeurtenissen wordt direct gezocht naar daderprofielen, die meteen hele groepen mensen kunnen stigmatiseren.

Dat is gevaarlijk en leerzaam tegelijk. Het sluit ook aan bij bestaande vooroordelen. De FBI demoniseert moslims en dierenbeschermers als de grootste gevaren voor de democratische rechtsstaat en je ziet aan welke twee groepen het eerst gedacht wordt door burgers bij een voorval dat het bevattingsvermogen overstijgt.

De dader bleek in dit geval een werkloos geraakte beveiliger, naar het zich laat aanzien zonder directe connecties met een speciale stroming in de samenleving op levensbeschouwelijk, religieus, politiek of maatschappelijk gebied. Er wordt gesuggereerd dat het om een gescheiden man zou kunnen gaan die z’n kinderen niet zou mogen zien (een zogenaamde ‘dwaze vader’) maar die berichten zijn niet bevestigd en leiden ook niet tot een stigmatisering van andere mannen in zo’n positie.

Ook beveiligers werden niet als groep ‘verdacht’ in de publieke opinie.

Dat zou zeker anders geweest zijn wanneer de dader moslim of activist geweest zou zijn. De daad zou zeker zijn aangerekend aan de groep waartoe hij behoorde en daar ernstige imagoschade hebben veroorzaakt.

In dat kader is het goed om als beginnende politieke partij zorgvuldig te wegen met wie je allianties aan gaat. Het is van het grootste belang dat de keuze die je maakt voor de parlementair democratische weg om veranderingen op het gebied van dierenrechten te bewerkstelligen, heel duidelijk te markeren.

Wetsovertreders horen niet thuis binnen een partij voor de dieren,omdat zo’n partij nu juist kiest voor het respecteren van de wetgeving of verandering daarvan via legale weg.

De enige manier om daarvan af te wijken is in mijn optiek burgerlijke ongehoorzaamheid, dat wil zeggen de wet overtreden met open vizier, om op die manier duidelijk te maken dat de wet niet deugt. Maar nooit in het geniep, altijd duidelijk makend wie de wet overtreedt, wat daarvan het doel is en met aanvaarding van de consequenties daarvan zoals een wettelijke toetsing van de wetsovertreding.

Voorbeelden van dergelijke burgerlijke ongehoorzaamheid zijn bijvoorbeeld het laten onderduiken van dieren die geruimd moeten worden volgens de overheid in het kader van ziektebestrijding.

De Nederlandse non moeder Maria deed dat ten tijde van de vogelpest in Nederland en kwam daar openlijk voor uit en verantwoordde zich daar ook voor bij de rechter. Haar actie had een duidelijk doel: zichtbaar maken dat de wetgever ervoor koos gezonde dieren te offeren op het altaar van de economie, op een wijze die dodelijker was dan de vogelpest ooit zou kunnen zijn of was geweest.

Ik zal volgende week meer vertellen over het sluiten van allianties met maatschappelijke groeperingen en partijen. Die keuze kan namelijk bepalend zijn voor het succes van je nieuwe partij!

The entire Netherlands reacted in shock last week to the Queen's Day attack on the Dutch royal family. A security guard who had lost his job and could no longer make rent drove his car through the barriers, and tried to hit the bus containing the Dutch royal family. He did not succeed in his mission, but he did mow down 27 members of the crowd, six of whom died.

This was a terrible scene and it has evoked some strong reactions. After an event such as this, you can really see just how much tension exists in our current society and how this can out in such extreme actions as this.

The very first question people asked was 'what colour was the perpetrator's skin?'
Could it have been a Muslim? Could this have been a terrorist act? Once the perpetrator proved to be white, forums on websites buzzed with the speculation that perhaps it could have been an animal activist. The Queen does wear fur after all, as well as allow hunting in the royal forest and is generally not considered as a patron of Dutch animal protection.
When any great traumatic event occurs, people look to profile the perpetrator so they can immediately stigmatise one group of people.

This is simultaneously dangerous and educational. It fits nicely into existing prejudices. The FBI demonises Muslims and animal activists as the greatest dangers to democratic constitutional state. Just look at which two groups are first suspected when an event that beggars belief occurs.

The perpetrator proved in this case to be an out-of-work security guard without any apparent connections to a particular ideology, religion, politics or social group. People suggested that perhaps he was a divorced man who was no longer allowed to see his children, but these reports were not confirmed, nor did they lead to the stigmatisation of other men in that position.

Nor did public opinion swing towards suspicion towards security guards.
This would not have been the case had the perpetrator been Muslim or an activist. His actions would have been explained away by the fact that he belongs to a certain group, thereby causing irreparable damage to that group's image. It is therefore a good idea for nascent political parties to choose their alliances carefully. You must clearly delineate the choices you make to create a parliamentary, democratic path to change as it concerns animal rights. Those who break the law to not belong in a Party for the Animals because just such a party must always choose to respect the law or change it using legal avenues.

The only way I believe we can deviate from this is civil disobedience, that is to say to break the law with clear intent, to prove that the law as it stands does not work. Never do it on the sly, always make it clear who is breaking the law and why and always accept the consequences of your actions such as a legislative review of the violation.
Examples of this sort of civil disobedience are letting animals that are to be culled in the name of disease prevention escape.

A Dutch nun, mother Maria did this during the bird flu scare in the Netherlands. She bore the responsibility for her actions to the public and in front of a judge. Her action had a clear purpose: to show that legislators were prepared to sacrifice healthy animals on the altar of the economy, which in its way is more deadly than an outbreak of the bird flu could ever have been.

Next week I will tell you more about how to conclude alliances with social groups and parties. The choices you make can break or break your new party!