Winst voor Partij voor de Dieren in historische regionale verkiezingen Nederland
De Partij voor de Dieren is bij de verkiezingen van vorige week groter dan ooit geworden in de provincies. Ook in de Waterschappen boekte de partij winst en in de Eerste Kamer krijgt zij er naar alle waarschijnlijkheid een zetel bij. Daarmee weet de Partij voor de Dieren de gestage groei sinds haar oprichting vol te houden. “Dit is een fantastisch verkiezingsresultaat,” aldus partijleider Esther Ouwehand, “Steeds meer mensen zien dat wij de enige zijn die de problemen in samenhang willen oplossen. Steeds meer mensen kijken voorbij hun eigen kortetermijnbelangen en kiezen voor het grotere geheel: de natuur, de dieren en een gezonde toekomst op een leefbare Aarde.”
De Partij voor de Dieren wint in bijna de helft van de provincies en krijgt daardoor ook meer zetels in de Eerste Kamer: de senatoren worden later dit voorjaar gekozen door de leden van de Provinciale Staten. In de provincie Noord-Holland groeit de partij flink – in hoofdstad Amsterdam werd de partij met maar liefst bijna 12 procent van de stemmen zelfs de derde partij. Ook in Zuid-Holland, Drenthe, Groningen en Overijssel krijgt zij er zetels bij en in de overige provincies weet de Partij voor de Dieren volgens de voorlopige uitslagen alle zetels te behouden.
Sinds haar oprichting ruim twintig jaar geleden, heeft de Partij voor de Dieren elke verkiezing méér kiezers weten te overtuigen. In de verkiezingen van vorige week was de Partij voor de Dieren zelfs op veel plaatsen de enige progressieve, groene partij die groeide in plaats van verloor. “De beweging die al veel langer samen met ons vindt dat er een einde moet komen aan de vee-industrie, dat we moeten durven kiezen voor de natuur, de dieren in het wild én in die afschuwelijke stallen, voor het klimaat, voor een gezonde leefomgeving, voor de gezondheid, óók van mensen op het platteland, zodat ze niet meer in de stank hoeven te zitten van de megastallen of de gifdampen hoeven in te ademen van de intensieve landbouw - die beweging groeit als biologische kool!” constateert partijleider Esther Ouwehand.
Stikstofcrisis
Hét thema van de verkiezingen was de stikstofcrisis en de onvermijdelijke veranderingen die deze met zich meebrengt voor de agrarische sector in Nederland. Om aan Europese en nationale regelgeving te voldoen en de natuur in Nederland te redden, moet de uitstoot van onder andere stikstof drastisch naar beneden. Boerenprotesten tegen overheidsplannen om de uitstoot van de agrarische sector terug te dringen, haalden het wereldnieuws. Bij de verkiezingen van vorige week behaalde de nieuwe Boer Burger Beweging als nieuwkomer in de politiek een monsterzege. De ‘boerenpartij’, die sterke banden heeft met veevoerbedrijven en andere grote spelers in de agro-industrie, trok een groot aantal proteststemmen en kwam daarmee in alle provincies als grootste uit de bus.
De Partij voor de Dieren begrijpt de zorgen onder boeren, die door het falende regeringsbeleid jarenlang zijn aangezet tot schaalvergroting en investeringen in nieuwe technologische schijnoplossingen. “Het desastreuze landbouwbeleid van de afgelopen decennia heeft boeren veroordeeld tot een steeds grootschaligere bedrijfsvoering en hen voorgespiegeld dat de bomen tot in de hemel zouden kunnen groeien.” Maar, zo stelt de partij: dat die stikstofmaatregelen nodig zijn en zelfs nog verder moeten gaan dan het huidige kabinet voorstelt, is niet voor niks. “Als we nu niet handelen, brengen we iedereen in de problemen. Juist ook de boeren.”
Nederland is het meest veedichte land ter wereld. De uitstoot van broeikasgassen en ammoniak door die enorme veestapel gaat ten koste van de natuur en draagt bij aan de opwarming van de aarde. Door het vele gebruik van landbouwgif verdwijnen onder meer bijen en vlinders en worden omwonenden van akkers en bollenvelden ziek. “De natuur staat op omvallen, en steeds meer mensen realiseren zich dat we de natuur nodig hebben voor schone lucht, schoon water en voor gezonde voedselproductie in de toekomst.”
De Partij voor de Dieren pleit er dan ook consequent voor het aantal dieren in de veehouderij met driekwart te verminderen, megastallen te verbieden en boeren te helpen om te schakelen naar biologische akkerbouw. “De politiek moet de problemen oplossen waar Nederland in terecht is gekomen. We weten dat er geen andere optie is dan nu fundamenteel de natuur gaan beschermen, en de boeren helpen omschakelen naar een gezonde landbouw. Wie er ook in het bestuur komt van de Provinciale Staten, deze realiteit geldt voor iedereen. En reken maar dat wij daar samen met al die mensen die hebben gekozen voor de natuur, voor de dieren en voor een gezonde toekomst – ook voor de boeren en de mensen op het platteland – voor blijven vechten.”