Partij voor de Dieren boekt succes in strijd tegen land­bouwgif


12 oktober 2021

Dankzij een voorstel van de Nederlandse Partij voor de Dieren is het einde van het gebruik van landbouwgif in Nederland in zicht. Een meerderheid van de Tweede Kamer steunde vorige week de oproep boeren te helpen omschakelen naar een volledig gifvrije landbouw in 2035. In het Europees Parlement stemde een meerderheid voor het voorstel van de Partij voor de Dieren om een gevaarlijke schimmelbestrijder te verbieden.

Bloementeelt in Nederland. Bij het telen van lelies, tulpen en aardappelen - waarvan bijna 90 procent wereldwijd wordt verhandeld - wordt op grote schaal landbouwgif gebruikt, met schadelijke gevolgen voor omwonenden en de natuur.

Naar schatting wordt wereldwijd jaarlijks zo’n 2 tot 3,5 miljoen ton pesticiden gebruikt. Dit grootschalige gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen brengt ernstige schade toe aan bodemleven, vogels en insecten, vergiftigt ons grond- en oppervlaktewater en brengt onze voedselvoorziening in gevaar. Het vormt ook een risico voor de gezondheid van landbouwers en omwonenden van bespoten percelen, en voor consumenten van groenten, fruit en - volgens recent onderzoek - van zuivel en andere dierlijke producten.

Het voorstel van de Nederlandse Partij voor de Dieren dat vorige week door de Tweede Kamer werd aangenomen, roept de minister van landbouw op concrete doelen te stellen om het gebruik van landbouwgif definitief uit te faseren. Daarnaast moet zij met een concreet plan komen om boeren te helpen bij de omschakeling. Daarbij noemt de Partij voor de Dieren het succesvolle Europese Burgerinitiatief ‘Red bijen en boeren’ als goede leidraad. Dit initiatief, dat door 1,2 miljoen mensen is ondertekend, pleit voor een vermindering van 80% van het gifgebruik tegen 2030 en een volledig gifvrije landbouw vijf jaar daarna.

In het Europees Parlement wist Europarlementariër Anja Hazekamp intussen steun van een meerderheid te krijgen voor haar voorstel om de schimmelbestrijder ‘difenoconazool’ en de onkruidverdelger ‘chloortoluron’ van de markt te halen. Beide vormen een gevaar voor natuur, bodem en water en voor de volksgezondheid.

Beide stoffen worden momenteel opnieuw onderzocht door de Europese Unie, maar de conclusies van dit onderzoek laten al jaren op zich wachten. “Er is genoeg bewijs dat de stoffen risicovol zijn voor mens, dier en milieu. De EU moet het voorzorgsbeginsel toepassen en de gifstoffen van de markt halen,” aldus Europarlementariër Hazekamp.

Hazekamp strijdt al jaren voor gifvrije en duurzame landbouw in de EU. Zo wil zij dat het gifgebruik in de landbouw niet met 50% procent wordt verminderd, zoals de EU-doelstelling luidt, maar met 70%. Gevaarlijke pesticiden moeten volgens Hazekamp bovendien geheel verboden worden. “De helft van alle groenten en fruit in Europa bevat nog steeds schadelijk resten van landbouwgif, op ruim een kwart zit een cocktail van verschillende gifsoorten,” stelt Hazekamp. In 2030 zouden alle groenten en fruit in omloop volgens de Partij voor de Dieren vrij van gifresten moeten zijn.